Vanuit jouw PADI nitrox specialty kan je je herinneren dat er 2 vormen van zuurstofvergiftiging bij duiken zijn. In dit artikel zullen we de beiden kort behandelen. Het is van groot belang voor je eigen veiligheid om dit goed te begrijpen. Gelukkig doet jouw duikcomputer het werk voor je.
Om je geheugen even op te frissen, sommen we ze ven voor je op:
Beide zullen we hier nog even behandelen
De CNS vergiftiging onstaat wanneer je duikt met een partiële druk zuurstof hoger dan 1.4 bar. Dit is tijdens de werk-fase van de duik. Voor decompressie is dit 1.6 bar. Het overschrijden van deze limieten brengt een groot risico met zich mee. Het kan leiden tot stuiptrekkingen. Wat vervolgens verdrinking tot gevolg kan hebben.
Het is daarom belangrijk dat je in duiken goed jouw gas analyseerd. Bovendien wil je jouw markeringen op jouw duiktanks duidelijk leesbaar hebben.
In de theorie van de nitrox specialty heb je een ezelsbruggetje geleerd. Hiervoor heb je de afkorting VENTID. Deze afkorting staat voor:
Deze vorm van vergiftiging goed te vookomen door de PPO2 te verlagen. Bovendien ook binnen de maximale limieten te duiken. Je kunt dit risico nooit volledig uitsluiten. Bij technisch duiken moet je dit risico te kennen en accepteren.
Deze vorm van zuurstof vergiftiging is het resultaat van een lange blootstelling aan zuurstof. Hierbij is de druk boven de 0,5 bar. Hoewel het een risco is voor technisch duiken, is dit niet direct levens bedreigend. Je leert in jouw technisch duikcursus, zoals de TEC 40, meer over het voorkomen van zuurstofvergiftiging.
Pulmonale zuurstofvergiftiging is bij recreatief duiken een ver van jouw bedshow. In technisch duiken is dit niet geheel onmogelijk meer. Zeker niet bij het gebruik van 100% zuurstof tijdens de decompressie.
Op jouw duikcomputer kan je de maximale partiële druk instellen. Hierbij krijg je een waarschuwing als je aan de maximale limiet zit. Duik je met nitrox of start je met techisch duiken, investeer in een goede duikcomputer.